Antifouling

7 - 17 mei

Na drie jaar is het tijd om het onderwaterschip te laten inspecteren. We hebben de afgelopen jaren het onderwaterschip en de anodes wel jaarlijks laten inspecteren, maar de boot was nog niet het water uit geweest. Mede omdat we op zoet water liggen, kunnen we een aantal jaren met een set anodes toe.

Maandag 7 mei is de dag, voor ons best spannend. Je hele bezit hangt dat toch in de takels. De kraanmeester bereidt het hijsen grondig voor met de handleidingen van de boot om zeker te weten dat de banden op de goede plek komen. Als de banden eenmaal zitten gaat het snel. Het onderwaterschip ziet er keurig uit, de anodes hebben hun werk duidelijk gedaan -- ze zien er niet uit, en zo hoort dat -- maar ze zijn nog lang niet op. Ook de antifouling ziet er nog goed uit, al is er natuurlijk wel een groene laag. Maar we zien nog geen pokjes op de romp.

Het eerste jaar hebben we een van de zwaardlijnen gebroken, en toen gemaakt met een takeling. Nu de boot uit het water is, kunnen we het zwaard uit de kast laten zakken en een nieuwe lijn laten aanbrengen. We hebben ook nieuwe blokken meegekregen in Cherbourg voor het geval er veel slijtage aan de blokken was. Dat bleek niet het geval. Je kon wel zien waar de neerhoudlijn klem had gezeten. Al met al was er dus geen probleem, maar het is goed dat we dat nu zeker weten.

Ook voor het eerst in drie jaar was er nu de gelegenheid om de olie in het staartstuk van de motor te verversen, dus dat laten we ook doen.

Aan het einde van de dag staat de boot schoongespoten op de kant, het echte werk laten we aan de experts over. Vrijdag zou alles klaar moeten zijn.

Het zwaard moet nog opnieuw gemonteerd, verder is alles klaar. 17 mei is de boot echt klaar, het heeft wat langer geduurd dan verwacht. Als we 's ochtends aankomen moeten de laatste dingen nog worden gedaan, pas om een uur of drie gaat de boot te water. De romp staat weer in de nieuwe antifouling, de anodes zijn vernieuwd, de olie is ververst, en de schroef zit weer goed vast (!). Het zwaard wordt weer in de boot gehesen, nu met een nieuwe neerhoudlijn.

Als we om 4 uur in de box liggen gaan we de zeilen ophalen bij de zeilmakerij. Iedere winter laten we ze nazien en repareren waar nodig. Het grootzeil 'monteren' is altijd een hele klus, het zit met boutjes vast op rollers en erg ruim is dat allemaal niet. Toch wordt het routine, zoveel routine dat ik vergeten ben de kleine 10 mm dopsleutels van huis mee te nemen. Gelukkig kunnen we een kleine dopsleutel lenen. Jason gaat op de giek zitten, en dat werkt heel goed. Hij kan dan goed bij de karretjes op de mast. Omdat er bijna geen wind is als we beginnen, kunnen we het zeil ook steeds omhoog hijsen. Al met al gaat het voorspoedig. Toch is het een grote klus, we zijn er tot zeven uur mee bezig.

Vrijdag is grotendeels een poetsdag, we doen het hele dek met groene zeep voor de lifelines en fokkeschoten weer op het dek gaan. Met Jason zetten we de kotterfok erop, maar het waait overdag net een beetje veel om de genua te hijsen. Dat doen we 's avonds in de windstilte (en motregen).

Eerste weekend op het water

18 - 19 mei

Zaterdag is het rustig weer, wolken en af en toe wat zon, 10-12 knopen wind uit het westen. Na een rustige start vertrekken we aan het begin van de middag. Het is wel weer wennen allemaal, maar na een klein halfuurtje varen we met een melkmeisje richting oosten. Vrijwel plat voor de wind. We zijn de elektronische kaart vergeten, dus we bepalen de koers met de plotter en de GPS coordinaten. Nou ja, eigenlijk varen we gewoon ons standaard stukje langs de Slijkplaat, langs Middelharnis naar Tien Gemeten. We doen er drie uur over.

Duivelsklauw om de ankerlier te ontlasten. We ankeren bij Tien Gemeten, een mooie gelegenheid om ons nieuwe speeltje te proberen: een duivelsklauw. Dat is een kleine stalen plaat met lijnen die je in de ankerketting haakt om de ankerlier te ontlasten. We vragen ons af of de haak onder of boven de ketting vast moet, of dat het niet uitmaakt. Onder leek me logischer, maar dat is lastiger vast maken. Thuis even googlen: de tip is eerst de duivelsplaat voor de boeg hangen, dan voor anker gaan, de duivel in de ketting trekken en wat ketting nageven zodat de druk helemaal op de lijnen staat.

Marinet: muggennet met loodkoord. Aangekomen gaan we decadent aan de witte wijn met toast met zalm. Net alsof het zomer is, maar dan wel met een laagje kleding voor wat warmte. Het is mooi weer, zonnig, maar de wind is nog fris. Als de avond valt, komen de mugjes ook weer tevoorschijn. Ook hier hebben we nu wat voor: een "marinet", stevig horregaas met een loodkoord. Aan het gaas zit klittenband om het net boven de kajuit ingang vast te zetten. Het werkt wonderwel. Het is even oppassen om van kuip naar kajuit en terug te gaan. Maar de muggen blijven mooi buiten!

Anker. De zondag begint met nevel. Het is lekker weer, soms lijkt de zon door te komen, dan lijkt het te gaan regenen. Een mooi moment om ook de ankermarkers aan te brengen, dopjes die je in de ketting kunt duwen om te kunnen zien hoeveel ketting je hebt gevierd. We hadden daarvoor tie-wraps, maar die zijn lastig te zien. Met de fel gekleurde markers moet dat beter gaan. Op de 5 meter punten geel, op de 10 meter punten rood, met een blauwe marker voor elke 10 meter. Dus 4x rood 1x blauw is 10 meter, 4x rood 2x blauw is 20 meter, etc. Als ik het intik, kan ik het misschien zelf wel onthouden.

Alle spullen uit deze aflevering komen van SwissTech Benelux.

Om twee uur heeft de zon gewonnen, en wordt het lekker warm. We vertrekken richting Stellendam, lekker zonnen in de boot. Er staat vrijwel geen wind, ca 3-5 knopen, we lopen met halve wind 1-2 knopen. Bij Middelharnis valt de wind helemaal weg, om daarna van zee te komen. Noordwest dan, dus pal tegen. Naarmate we de Haringvliet kering naderen neemt de wind wat toe, uiteindelijk lopen we 7 knopen hoog aan de wind. Het is dan wel zes uur 's avonds, en in de wind een stuk minder warm.

Zomer

23 - 28 mei
Als ik dit schrijf is het inmiddels juli, en liggen we in de koude noordenwind te wachten op 'persistent rain' in het noorden van Engeland. De voorspelling is dat het weer voorlopig zo blijft. Teruglezend in het logboek kunnen we concluderen dat we van 23 mei tot 28 mei de zomer hebben beleefd. De 23ste varen we om één uur de haven uit. Klein beetje wind, zon en lekker warm. We hijsen de zeilen en laten ons naar Tiengemeten drijven. Het is daar zo warm dat we de boot met de achtersteven aan een boei leggen, om wat wind te vangen in de kuip. Bijkomend voordeel is dat er geen vliegjes zijn.

Voor het eerst kookt Elly met de stoompan, dat gaat heel goed, net zo goed als in losse pannen. Op ons twee-pits gasstel kun je dan o.a. de Hollandse vlees met aardappelen en groenten in een keer maken. Na het eten de boot gedraaid, het werd fris. 's Avonds nog een paar onweersklappen in het oosten, maar het blijft mooi.

De volgende dag moeten we terug, vrijdag is nog even een werkdag. Het is nog steeds lekker weer. Tijd om de "Allures 44" letters aan de zijkant van de kuip te vervangen door onze scheepsnaam "Puzzle". Dat blijkt een hele klus, vandaag komen we niet verder dan deel 1, het weghalen van de oude letters. Na een tijdje poetsen met alcohol ("Alcool Ménager", schoonmaakalcohol die je in Frankrijk per liter koopt in de supermarkt) en met was is er weinig over van de oude letters.

's Middags zeilen we terug naar Stellendam. Om half zes valt de wind helemaal weg, het laatste stukje dan op de motor.

Zaterdag terug met Maxime, voor een slow weekend. 's Middags smeren we de windgenerator met speciaal daarvoor gekocht vet. Het kost even moeite (en wat troep) om te leren hoe de vetnippels werken (eerst het kopje opendraaien, dan op de nippel, dan goed vastdraaien), maar het resultaat is perfect: de molen loopt weer een stuk rustiger. Het vet en handpompje hebben we gekocht bij een oliehandel in Berkel en Rodenrijs. Op de vissershaven kon je het alleen in blikken van 10 liter krijgen.

Daarna het bijbootje opgeblazen, geen problemen. De motor startte in een keer, alsof hij gisteren nog gelopen had. Dat hadden we eigenlijk wel anders verwacht, na een winter in de berging. Maxime en Gilbert varen een rondje, alles OK. Nu moeten we nog bedenken hoe we voorkomen dat het bootje volloopt. Eerst dachten we dat op te lossen met een zeiltje, maar dat is ook niet makkelijk als het bootje in de takels hangt.

's Avonds uit eten met Maxime om te vieren dat ze is toegelaten op de Roosevelt Academy in Middelburg, een 'liberal arts college' op Engelse grondslag. We kunnen buiten in de zon eten.

Zondag is het ideaal voor mooi weer zeilers zoals wij: lekker windje om ons over het Haringvliet te laten drijven naar een van onze favoriete ankerplekjes bij Tiengemeten. Dat is ook wat verder van de kust, en daarmee warmer. Het is er zo warm dat Gilbert en Maxime nog even gaan zwemmen. Het water is ook al onwaarschijnlijk warm: 22 graden. Wel veel insecten, vooral als de avond valt.

Maandagochtend is het vroeg warm, tot om een uur of tien een frisse westenwind opsteekt. Om 12 uur komen er koude mistvlagen aan, en lijkt het weer helemaal om te slaan. Gelukkig zijn ze ook even snel weg als ze kwamen. Later horen we dat op de Maasvlakte een vleigtuigje is neergestort dat verrast werd door de mist. Aan het einde van de dag varen we op de motor pal tegen de wind naar de haven.

Bijboot en motoronderhoud

juni

In juni komen we niet veel op de boot. Weer, werk en andere verplichtingen gaan niet goed samen Het is wel af en toe mooi weer maar ook onvoorspelbaar. En dan zijn de dagen snel volgepland met andere dingen. Ik ga nog wel af en naar de boot voor klusjes, vooral om het bijbootje leeg te scheppen. Uiteindelijk is de oplossing simpel: je moet het bootje gewoon heel schuin hangen, met de punt hoog, zodat het water er vanzelf uitloopt. Geen zeiltje nodig dus.

Eind van de maand laten we de motor onderhouden, zo eens in de 18 maanden een professional die kijkt en luistert of alles goed loopt geeft een veilig gevoel.