Parasailor ervaringen

4 mei 2009

De parasailor is een zeil om voor de wind te varen, net als een spinnaker. De belangrijkste eigenschap van de parasailor is de "vleugel" halverwege het zeil die er voor zorgt dat het zeil omhoog wordt getrokken, zonder dat er een spinnakerboom nodig is. De vleugel geeft het zeil een groot zelf-corrigerend vermogen: ook als je fouten maakt, als de wind invalt, als de wind wat draait zet het zeil zich weer zelf.

Ervaringen van de eerste week zeilen

We hebben we Parasailor gekocht om voor de wind te kunnen zeilen, en om met weinig wind er in elk geval het beste van te maken. Het blijkt ook een leuk stuk speelgoed te zijn als het te weinig waait voor de 'gewone zeilen. Voor de lezer is het belangrijk om te weten dat we geen ervaren zeilers zijn; CWO2 en een paar weken huren is alle ervaring.

Onze praktische Parasailor ervaring -- tot nu toe alleen ervaring tot zo'n 15 knopen wind -- is dat het zeil inderdaad zichzelf zet, en dat het zich aanpast aan een nieuwe koers of windrichting. Natuurlijk moet je de lijnen wel een beetje goed hebben staan, maar erg nauw ziet het niet. En als het niet klopt valt het zeil in en zet het zich opnieuw.

Halfwind varen vinden we lastiger, als het zeil als genaker staat kan het de boot aardig omtrekken. Op zich niet anders dan met een ander zeil dat te groot is. 15 knopen halve wind was in elk geval voor onze boot genoeg om een flinke schuiver te maken. Voor de wind heb je daar geen last van, dan trekt het zeil de boot juist omhoog. Maar misschien moeten we nog leren om het zeil te trimmen op halve wind.

Het zeil zetten vraagt vooral handigheid. Voor we de Parasailor kochten hebben een proefvaart gemaakt met de importeur, en we moeten het dus doen met wat we hebben onthouden. Een 'handleiding' hebben we niet gehad bij het zeil, misschien is die er wel overigens.

We hebben de Parasailor nu een keer of 6 gebruikt, en onze score om de Parasailor bij de eerste poging te zetten, wordt geleidelijk beter, maar we maken ook nog steeds fouten. Het zeil zit een kous met een sok, dus de eerste stap is om het zeil te hijsen aan de val. Dat is niet zo lastig. De sok is wel vrij groot, bij ons zeil van 140 m2 ca 60 x 100 cm, dat past maar net door de opening van de zeilkast. Eenmaal aan dek moeten de schoten worden vastgemaakt, over een boeg, om de genua heen. Dat is in principe niet moeilijk, maar je moet wel alle schoten goed controleren hebben we gemerkt. En naast de schoten is er ook nog de hijslijn van de sok, die aan de kant van de mast moet blijven. Niet alleen om knopen te voorkomen, maar ook om de zak makkelijk over vleugel te kunnen trekken. Als je moet trekken aan de vleugelkant, krijg je de sok niet naar beneden hebben we gemerkt.

Als de sok omhoog gaat komt het spannenste moment: zal het zeil zich in een keer zetten of niet? Onze score is nog niet 100% goed, soms draait het zeil fout, of hebben we de hijslijn toch weer fout ziten. Het is ons niet altijd duidelijk wat we fout doen als het zeil niet in een keer opkomt, maar daarom hebben we ook nog een lesdag tegoed van de leverancier.

Al met al zijn we zeer content met de Parasailor. Het is den leuk zeil om mee te spelen, en het is ook leuk om de gezichten te zien van de andere zeilers die nog nooit zo'n spinnaker hebben gezien. We zullen de leverancier om een stapel foldertjes vragen om uit te delen...

De importeur

8 mei 2009
De Parasailor wordt in Nederland geleverd door Bomarine. De importeur las het bovenstaande stukje gisteren, en vandaag kregen we een mooi Nederlands 'tips en trics' document dat hij naar aanleiding van deze site heeft vertaald en mooi gemaakt. Dat is nog eens service! Als we de tips volgen moeten we wel met halve wind kunnen zeilen, vanaf 70 graden volgens de instructies.

Schuiver

Te veel wind op het Markermeer (22 juli)

Zomervakantie. Van Volendam naar Medemblik denken we mooi met de Parasailor te kunnen varen. Er staat een stevige zuidwesten wind, 15 knopen. Wij zijn met de 4 man aan boord, moet kunnen. Dus we hijsen de parasailor om het Markermeer over te steken. Het zeil komt in een keer goed omhoog, ondanks de stevige wind. De boten om ons heen kijken met veel belangstelling naar ons zeil, en als het staat lopen we snel van ze weg. We varen een bakstag koers, iets van 140 graden. De wind is vlagerig, en de stuurautomaat heeft het lastig om een koers te vinden waar de parasailor rustig staat. Jason stuurt even met de hand, is tevreden en zet de automaat aan.

Maar als het boordleven wordt hervat, maakt de boot een zwieper. Een windvlaag pakt de parasailor op en we maken flink slagzij; 45 graden of zo. Spectaculair! Met het gangboord in het water en de parasailor ver voor de boot maken we flinke buitelingen. Het zou een mooi Youtube filmpje zijn. Misschien heeft wel iemand foto's gemaakt? We laten de lijnen vieren om de druk te verminderen. Het kost moeite, maar uiteindelijk krijgen we de parasailor weer stil voor de boot. We halen de lijnen aan, en besluiten dat het misschien toch te hard waait voor ons en de parasailor. Het binnenhalen gaat makkelijker dan we dachten. In de boot bleek alles goed vast te zitten en de kastjes bleven allemaal dicht. We hebben geen schade maar zijn wel geschrokken.

Waarschijnlijk heeft de wind de parasailor gepakt, en de stuurautomaar stuurt dan tegen om op koers te blijven, precies de foute reactie. Weer wat geleerd in elk geval.

Blokken

14 augustus 2009

Blokken voor de parasailor op Allures 44. Bij onze eerste parasailor exercities hebben we plastic beschermlaag van de zeereling doorgeslepen met de parasailor lijnen. Om dat te voorkomen hebben we nu extra blokjes buiten de boot voor de lijschoten, zodat de schoten niet meer tegen de reling kunnen komen. Dat werkt goed, ze zitten ver genoeg naar achteren om het zeil goed te kunnen zetten. Zie de foto met inzet. Het zijn dubbele blokjes omdat we die over hadden van het spinnaker pakket wat we hadden gekocht bij de werf. Voor de parasailor zijn enkele blokjes natuurlijk goed genoeg.

Voor de loeflijnen hebben we op het dek enkele blokjes om de lijnen van de boeg bij het anker naar de lieren bij de kuip te leiden. Het anker is trouwens wel een aandachtspunt bij ons. Meer dan eens werken de lijnen zich om het anker heen.

Noordzee

Voor de wind en zeedeining (14 - 16 augustus 2009)

Een paar dagen heen en weer naar Breskens, zonder de kinderen. Donderdag met een NW wind naar Breskens, zaterdag met ZZW terug. Op de heenreis neem de wind gestaag af. Bij de monding van Oosterschelde is de zee vlak, er is niet veel wind meer. We besluiten dat het een mooi moment is om de parasailor te hijsen. Kijken of we dat ook samen kunnen. Als we alle lijnen goed hebben gezet komt de parasailor in een keer netjes omhoog. We lopen 4 knopen met 8 knopen wind, netjes. Na een uurtje een keer gijpen, dat gaat ook zonder problemen. Voor de mond van de Westerschelde strijken we het zeil en motoren we de Schelde over naar Breskens.

Terug varen we weer het eerste stuk op de gewone zeilen, maar als we uiteindelijk plat voor de wind moeten zetten we de parasailor. Het waait nu wat meer (12 knopen). Het lijnmanagement gaat nu soepeler dan op de heenweg, al kost het even moeite om de sok over de parasailor vleugel te krijgen. Na een paar keer heen en weer met de sok over de vleugel lukt het. We willen plat voor de wind, maar met de deining die er staat krijgen we het niet voor elkaar om met de parasailor stabiel echt plat voor de wind te zetten.

Via een 150 graden koers krijgen we de parasailor rustig, en uiteindelijk varen we 160-170 graden voor de (schijnbare) wind. Bijna plat voor de wind dus. Af en toe klapt ie wel op een grote golf, maar het gaat wel goed. We lopen nu weer 5 knopen over de water, 4 over de grond. Echt vaart komt erin als we het Slijkgat opzeilen, dan wordt de koers 130 graden en lopen we ineens dik 7 knopen. Jammer dat het zeil dan gestreken moet worden om door de sluis te kunnen. We kunnen ons nu wel beter voorstellen waarom lange afstandzeilers soms ook voor de wind bewust 145 graden koersen varen en dan gijpen. Het gaat sneller en rustiger.